Grondslagen voor de financiële verslaggeving

De enkelvoudige jaarrekening van Alliander N.V. (KvK-nr. 34108286) is opgesteld volgens de bepalingen van titel 9 Boek 2 BW.

Noot 37 Materiële vaste activa en gebruiksrecht vaste activa

De investeringen in materiële vaste activa gedurende het boekjaar bedroegen in totaal € 53 miljoen (2023: € 49 miljoen). Deze hebben betrekking op de investeringen in hard- en software en in huisvesting.

Noot 38 Immateriële vaste activa

De post immateriële vaste activa bestaat ultimo 2024, evenals ultimo 2023, uit goodwill die verband houdt met de aankoop van Endinet (€ 61 miljoen), welke gealloceerd is aan Liander en uit goodwill voor Stam (€ 7 miljoen), zie tevens noot 4.

Noot 39 Investeringen in deelnemingen

In 2024 is voor een bedrag van € 1 miljoen (2023: € 19 miljoen) aan dividend ontvangen van een dochteronderneming.

Noot 40 Overige financiële activa 

Voor verdere toelichting omtrent de latente belastingvordering wordt verwezen naar noot 17.

Noot 41 Overige vorderingen en vorderingen op groepsmaatschappijen

Voor vorderingen op groepsmaatschappijen binnen de Alliander-groep is er sprake van concernfinanciering, hetgeen inhoudt dat de activiteiten van de dochterondernemingen mede worden gefinancierd met een rekening courant faciliteit vanuit de holding.

Noot 42 Liquide middelen

Er zijn in 2024 gelden in liquide middelen inbegrepen waarover Alliander niet de vrije beschikking heeft. Het betreft een geblokkeerde bankrekening van € 0,4 miljoen (2023: € 0,4 miljoen).

Noot 43 Eigen vermogen

Voor het mutatieoverzicht van het eigen vermogen wordt verwezen naar de geconsolideerde jaarrekening.

Noot 44 Langlopende verplichtingen

Deze leningen zijn door aandeelhouders ter beschikking gesteld. Zij zijn ten opzichte van de andere schuldverplichtingen achtergesteld.

Noot 45 Verplichtingen uit hoofde van leases

De verplichtingen uit hoofde van leases zijn ultimo 2024 als volgt:

Noot 46 Vooruitontvangen opbrengsten

Vooruitontvangen opbrengsten hebben betrekking op investeringssubsidies. De amortisatietermijnen hiervan zijn gelijk aan de afschrijvingstermijnen van de betrokken activa.

Noot 47 Voorzieningen

De jubileumregeling dekt de jubileumuitkeringen bij het bereiken van het 25 en 40-jarig dienstverband. Daarnaast houden werknemers geboren vóór 1 januari 1963 het recht op een uitkering na pensionering.

Noot 48 Kortlopende verplichtingen en overlopende passiva

De kortlopende verplichtingen en overlopende passiva hebben betrekking op handelsschulden, belastingschulden en overige kortlopende verplichtingen.

Noot 49 Voorwaardelijke activa en verplichtingen

Voor de verplichtingen uit hoofde van leases wordt verwezen naar noot 45 in de toelichting op de vennootschappelijke jaarrekening.

Noot 50 Bedrijfsopbrengsten

De overige bedrijfsopbrengsten betreffen met name concernbrede activiteiten op holdingniveau.

Noot 51 Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten

Noot 52 Personeelskosten

De post personeelskosten betreft met name kosten van concernbrede activiteiten op holdingniveau.

Noot 53 Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen vaste activa

In de kolom Overig zijn de afschrijvingen op de ICT-activa en op de gebruiksrechten vaste activa verantwoord.

Noot 54 Overige bedrijfskosten

Doorbelaste posten groepsmaatschappijen betreffen met name interne ontwikkelprojecten op holdingniveau.

Noot 55 Financiële baten

De financiële baten op leningen van groepsondernemingen zijn € 79 miljoen hoger in vergelijking tot 2023 als gevolg van de hogere doorbelaste interestpercentages.

Noot 56 Financiële lasten

De totale financiële lasten zijn € 7 miljoen hoger dan in 2023.

Noot 57 Belastingen

De effectieve belastingdruk is 24,8%. De afwijking ten opzichte van het nominale percentage (25,8%) wordt verklaard door permanente verschillen tussen de fiscale en commerciële resultaten, welke van de gehele groep bij de Holding worden verantwoord.

Noot 58 Aandeel in winst/verlies van ondernemingen waarin wordt deelgenomen

Het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen na belastingen bedraagt € 900 miljoen en is daarmee € 636 miljoen hoger dan in 2023.