Overige niet-financiële informatie
CO2 en energie
Deze paragraaf geeft een gedetailleerd overzicht van het energiegebruik en de CO2-gerelateerde impact van Alliander. Tevens worden de gebruikte methodologie en omrekenfactoren nader toegelicht.
Energiegebruik Alliander bedrijfsvoering
Alliander hanteert 2012 als referentiejaar voor de vergelijkingsgrondslag van de energie- en CO2-data. De reden is dat in 2012 doelstellingen voor CO2-gerelateerde emissies zijn geformuleerd. In dat jaar bedroeg de uitstoot 761 kton CO2eq zonder vergroeningsbeleid. De bruto CO2-uitstoot in 2023 bedraagt 425 kton CO2eq (-44% ten opzichte van 2012). Inclusief vergroening bedraagt de netto CO2-uitstoot van onze eigen bedrijfsvoering 0 kton CO2eq (scope 1 + 2 en reisverkeer scope 3). Tenminste 10% van het elektriciteitsgebruik van onze gebouwen wordt gedekt met eigen opwekking van hernieuwbare elektriciteit op de locatie. Het resterende verbruik van de elektriciteit voor gebouwen wordt ingekocht. Het stroometiket hiervan geeft een waarde van 380 gram CO2/kWh. Het gehele CO2-volume wordt gecompenseerd met Garanties van Oorsprong van windopwekking in Nederland. Voor het kantoor Duiven geldt bovendien dat deze vrijwel energieneutraal is (tenminste A-label). Alle kantoorgebouwen van Alliander voldoen aan A, B of C labelcriteria, conform het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). Daarnaast is er sprake van teruglevering aan het elektriciteitsnetwerk.
2023 |
2022 |
2021 |
|
Energieconsumptie gebouwen |
|||
Gasgebruik gebouwen (m3) |
584.582 |
667.698 |
1.069.106 |
Elektriciteitsgebruik gebouwen (kWh) |
6.941.096 |
8.089.425 |
8.202.984 |
Warmtegebruik gebouwen (GJ) |
1.954 |
2.226 |
2.226 |
Brandstof wagenpark (liter) |
|||
Benzine |
1.421.625 |
1.297.752 |
1.115.626 |
Diesel |
2.565.151 |
2.608.933 |
2.770.679 |
LPG |
1.612 |
1.774 |
2.154 |
Elektriciteit (kWh) |
4.137.530 |
3.299.113 |
2.432.381 |
Inzet aggregaten diesel |
16.170 |
1.895.074 |
1.895.074 |
Inzet aggregaten HVO |
1.390.724 |
690.696 |
690.696 |
Woon werk verkeer, dienstreizen, vliegreizen (km) |
22.679.792 |
16.453.833 |
8.846.583 |
GJ |
2023 |
2022 |
2021 |
Conversiefactor1 |
Energieconsumptie gebouwen |
||||
Gas- en warmtegebruik |
22.514 GJ |
25.709 GJ |
37.600 GJ |
35,17 officiële energetische waarde Nederlands aardgas |
Elektriciteitsgebruik2 |
24.988 GJ |
29.122 GJ |
29.531 GJ |
conversiefactor 3,6 omrekenfactor SI |
Totaal energiegebruik gebouwen |
47.502 GJ |
54.831 GJ |
67.131 GJ |
|
Energieconsumptie mobiliteit |
Conversiefactor |
|||
Benzine |
46.061 GJ |
42.047 GJ |
36.146 GJ |
conversiefactor 32,4 |
Diesel |
91.832 GJ |
93.400 GJ |
99.190 GJ |
conversiefcator 35,8 |
LPG |
42 GJ |
46 GJ |
56 GJ |
conversiefactor 26 |
Elektriciteit |
14.895 GJ |
11.877 GJ |
8.757 GJ |
conversiefactor 3,6 |
Totaal energiegebruik mobiliteit |
152.830 GJ |
147.370 GJ |
144.149 GJ |
|
Totaal energiegebruik |
200.332 GJ |
202.201 GJ |
211.280 GJ |
- 1Bron: calorische waarden en conversiefactoren: calorische waarde (joostdevree.nl).
- 2De waarde van de teruglevering van elektriciteit aan het net bedraagt 3.2 GJ.
CO2-uitstoot en voetafdruk bedrijfsvoering
Voor de weergave in het hoofdstuk Verduurzaming van de energievoorziening en van onze organisatie, wordt een sectoruniforme scope toegepast. Deze wijkt enigszins af van het GHG-protocol. Voor de indeling en opzet van de emissieberekeningen volgen wij het Greenhouse Protocol. De waarden en indeling in CO2-equivalenten volgens het GHG-protocol zijn in onderstaande tabel opgenomen.
CO2-uitstoot in ton1 |
2023 |
20222 |
Scope 1 |
||
Gasverbruik gebouwen |
1.042 |
1.392 |
Lekverlies Aardgasnetwerk |
108.896 |
100.375 |
Lease- en dienstauto's |
11.249 |
13.616 |
SF6-emissies |
1.111 |
1.405 |
Inzet aggregaten |
84 |
6.399 |
Totaal scope 1 eigen organisatie |
122.382 |
123.188 |
Scope 2 |
||
Elektriciteit gebouwen |
2.638 |
3.135 |
Warmteverbruik gebouwen |
30 |
39 |
Netverlies elektriciteit technisch |
199.300 |
107.000 |
Netverlies elektriciteit administratief |
97.986 |
53.765 |
Totaal scope 2 eigen organisatie |
299.954 |
163.938 |
Scope 3 |
||
Woon-werk verkeer |
2.313 |
2.253 |
Dienst- en vliegreizen |
113 |
105 |
Totaal scope 3 eigen organisatie |
2.426 |
2.358 |
Totaal scope 1, 2 en 3 eigen organisatie |
424.761 |
289.484 |
Vergroening / compensatie |
||
Vergroening netverliezen E |
297.286 |
159.218 |
Vergroening netverliezen G |
108.896 |
90.017 |
Vergroening gasgebruik gebouwen |
1.042 |
1.392 |
Vergroening elektriciteitsgebruik gebouwen |
2.668 |
3.174 |
Vergroening wagenpark |
11.249 |
6.651 |
Vergroening woon-werk verkeer, dienstreizen, vliegreizen |
2.426 |
0 |
Vergroening SF6 |
1.111 |
0 |
Vergroening aggregaten |
84 |
0 |
Totaal vergroening eigen organsatie |
424.761 |
260.452 |
Totaal eigen organisatie inclusief vergroening |
0 |
29.032 |
Scope 3 |
||
Componenten ten behoeve van uitbreiding/vernieuwing netwerk |
242.202 |
212.408 |
Onderhoud, aanleg en ingekochte diensten |
247.861 |
245.000 |
Overig (afval, investeringen en energie) |
25.154 |
53.452 |
Totaal scope 3 |
515.217 |
510.860 |
Totaal voetafdruk |
515.217 |
539.891 |
- 1CO2eq: betreft CO2, CH4 en SF6. Voor de consolidatie van de broeikasgassen eigen bedrijfsvoering volgen wij de consolidatiegrondslagen van dit jaarverslag.
- 2Emissie resultaat 2022 scope 1 en 2 herrekend naar de meest recente emissiefactoren (2022).
De meeste gegevens, zoals opgenomen in de tabellen en grafieken in dit verslag, zijn gebaseerd op onderliggende bronsystemen. Voor een aantal gegevens wordt gebruik gemaakt van registratie en/of rapportage door derden.
Bij de totstandkoming van de CO2-voetafdruk en het energieverbruik, wordt gebruik gemaakt van aannames en inschattingen. Sinds 2016 wordt de CO2-emissiefactor voor het netverlies berekend op basis van de inkoop van het netverlies bij onze leveranciers. Voor het jaarverslag 2023 zijn de stroometiketten van 2022 gehanteerd. Dit leidt tot een waarde van de CO2-coëfficiënt van 0,20103 kg CO2/kWh. 47% van de bruto CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door netverlies elektriciteit. Vanaf 2020 kopen netbeheerders het aardgaslekverlies over een groter deel van de keten verplicht in. Dit heeft tot gevolg dat het aandeel hiervan in de voetafdruk substantieel is toegenomen. Het aandeel van de gaslekverliezen in de bruto CO2-uitstoot in 2023 is 26%, ter vergelijking: in 2019 was dit 11%. Het lekverlies gas is gebaseerd op verbruik door klanten zonder energiecontract, oneigenlijk gebruik of diefstal van gas van het net en het aantal kilometers leiding van het gasnetwerk van Alliander. Gietijzeren leidingen hebben hierbij een hoger lekverlies (322,5 m3 per kilometer) en daarmee een hogere uitstoot dan de reguliere kunststofleidingen (55,3 m3 per kilometer). De CO2-equivalent die gehanteerd wordt is 28 (methaan).
Ketenemissies
Over 2023 rapporteren wij ketengerelateerde emissies van inkoop, als onderdeel van scope 3. Dit betreft emissies die plaatsvinden bij onze leveranciers bij het maken, transporteren en leveren van diensten en producten. Berekening vindt plaats op basis van emissie-kentallen per sector vermenigvuldigd met de uitgaven van Alliander in de sector. Deze emissies vallen buiten onze klimaatdoelstelling en zijn geen onderdeel van de intensiteitsindicator. Voor de berekening van emissies van ingekochte materialen gebruiken wij gestandaardiseerde kentallen voor onder meer Ecokosten uit Idemat.
2023 |
20221 |
2021 |
2020 |
2019 |
||
CO2eq emissies bruto |
kton |
425 |
289 |
492 |
373 |
453 |
Netto-omzet |
€ miljoen |
2.725 |
2.151 |
2.120 |
2.009 |
1.930 |
CO2e emissies/netto-omzet |
ton/€ miljoen |
156 |
54 |
232 |
186 |
235 |
- 1Emissie resultaat 2022, 2021, 2020 en 2019 zijn herrekend naar de meest recente emissiefactoren.
Onze CO2 voetafdruk per miljoen euro omzet is de laatste jaren gemiddeld sterk verminderd door gerichte maatregelen.
Transport
De grootste impact die Alliander heeft, ontstaat bij het energietransport naar eindgebruikers van energie. Het gaat hierbij om de volgende hoeveelheden:
2023 |
2022 |
2021 |
|
Elektriciteitstransport |
39.838 GWh1 |
25.651 GWh |
27.262 GWh |
Gastransport |
4.343 miljoen m3 |
4.672 miljoen m3 |
6.056 miljoen m3 |
- 1Met de implementatie van het programma allocatie 2.0 tranche 2 in april 2023, is de elektriciteitsinvoeding van kleinverbruikers nu nauwkeuriger berekend, wat resulteert in een verhoogde transport- en distributievolume.
Het berekende netverlies is het eindresultaat van het allocatie- en reconciliatieproces, waarbij het verschil wordt berekend van alle volumes die het Liander-net opgaan minus alle volumes die worden afgenomen door eindgebruikers. De belangrijkste oorzaken van netverlies zijn de (weerstand)verliezen tijdens elektriciteitstransport, verbruik door klanten zonder energiecontract en oneigenlijk gebruik of diefstal van stroom van het net. Het totaal netverlies wordt in een zogenaamd reconciliatieproces definitief vastgesteld. Data zijn vanwege meteropnames en accurate verrekening en toewijzing pas na enige jaren definitief.
Voor de energie-intensiteitsratio hanteert Alliander het eigen energieverbruik in GJ, scope 1 en 2, in verhouding tot de netto-omzet. In deze ratio worden het gas- en elektriciteitsgebruik van de gebouwen en het brandstofgebruik voor mobiliteit meegenomen. Het verloop van de ratio over een reeks van jaren toont de afname van het eigen energieverbruik per miljoen euro netto-omzet.
2023 |
2022 |
2021 |
|
Energieintensiteitsratio |
74 GJ/€ miljoen (200.332/2.725) |
94 GJ/€ miljoen (202.201/2.150) |
100 GJ/€ miljoen (211.280/2.120) |
- *Deze informatie is niet beschikbaar naar energietype. Voor Alliander geldt dat er inzicht is in de energietypes voor scope 1 gebruik, het onderscheid naar energietype voor eigen gebruik heeft een veel minder grote omvang en impact en is daarom niet materieel.
Vergroening en compensatie CO2eq
Alliander vergroent haar netverliezen elektriciteit middels inkoop van Garanties van Oorsprong (GVO) uit Nederlandse windcapaciteit. Hiermee dragen wij direct bij aan directe investeringen in windenergie. De vergroening van gaslekverliezen gebeurt middels aankoop van Goldstandard Verified Emission Reductions Certificaten, VER’s. Vergroening van overige emissies uit eigen bedrijfsvoering vergroenen wij uit beschikbare ingekochte GVO’s en VER’s.
Groen gas
De totale invoeding groen gas in het verzorgingsgebied in aantal m3 in het jaar 2023 was 75 miljoen m3: een stijging van 14% ten opzichte van 2022. Dit gebeurde met 27 groen gas-aansluitingen. Met groen gas wordt bedoeld:
Groen gas: bio-SNG, biogas of stortgas dat tot aardgaskwaliteit is opgewerkt.
Biogas: gas dat zich binnen de definitie van gas in de Begrippenlijst gas onderscheidt, doordat het een product is uit een vergistingsproces. Het bevat voornamelijk CH4 en CO2.
Stortgas: gas dat zich binnen de definitie van gas in de Begrippenlijst gas onderscheidt, doordat het een product is van een stortplaats. De samenstelling is vergelijkbaar met Biogas.
Bio-SNG: SNG dat geproduceerd wordt uit uitsluitend biomassa.
Afval uit bedrijfsvoering
Alliander werkt actief aan afvalpreventie, herinzet, scheiding en recycling van vrijkomende materialen. Preventie vindt plaats door o.m. wegwerpverpakkingen en eenmalig gebruik tegen te gaan. Waar mogelijk worden materialen opnieuw ingezet en zonodig gereviseerd. Door herinzet verlengen we de levensduur van waardevolle materialen. Alliander scheidt haar afvalstoffen in wettelijke categorieën. Op alle grotere locaties zijn daartoe afvalpunten ingericht. Afvalstoffen die op grotere werken buiten onze locaties vrijkomen worden conform interne vereisten in de regel rechtstreeks opgehaald door erkende transporteurs of inzamelaars. Verreweg het grootste gewichtsvolume betreft metaal of metaalhoudendafval zoals kabel, transformatoren en andere infrastructuurgerelateerde afvalstoffen. Afvalstoffen worden op Euralcode gescheiden gehouden en afgegeven aan erkende verwerkers. In het Aanvullende data tabel op pagina 262 is een afvalstoffenoverzicht opgenomen.
Verdeling (%) |
Hoeveelheid afval (ton) |
|
Recycling |
85,3 |
13.825 |
Verbranding |
14,7 |
2.383 |
Totaal |
100 |
16.2081 |
- 1Dit betreft het operationele afval (transformator olie en ander gevaarlijk afval is hierin niet meegenomen) en is exclusief het afval van Alliander Facilities en Kenter (uit kantoren en catering). Het totaal volume afval wijkt daarom af van het totaal volume gerapporteerd op pagina 262.
Crisisorganisatie
Alliander beschikt over een crisisorganisatie, die onder meer bij grote storingen en calamiteiten wordt ingezet. In deze organisatie draaien functionarissen van diverse afdelingen piketdiensten. Afhankelijk van de aard en omvang van het incident stellen we na afloop een case- en/of onderzoeksteam samen om eventuele interne en/of externe onderzoeken te begeleiden en af te ronden. Alle grote incidenten worden geëvalueerd, op basis waarvan mogelijke verbeteringen worden geïdentificeerd en geïmplementeerd.
MVO Governance
Alliander stuurt op langetermijnwaardecreatie, vanuit een integraal besturingsmodel. Dit besturingsmodel vraagt enerzijds een goede maatschappelijke antenne en directe verbinding met stakeholders voor raadpleging en het meedenken over onze strategie en keuzes. Anderzijds een goede, effectiever vertaling van maatschappelijke ontwikkelingen naar onze strategie, besluitvorming en de uitvoering. Onze MVO Governance bestaat dan ook uit meerdere onderdelen, waarvan de meeste inmiddels operationeel zijn:
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) is een integrale verantwoordelijkheid voor alle organisatieonderdelen en maakt deel uit van de Planning & Control cyclus. Alle organisatieonderdelen beschikken over een analyse van de kwalitatieve en kwantitatieve maatschappelijke effecten van hun bedrijfsvoering. Voor de interne afstemming zijn de verantwoordelijkheden als volgt belegd:
De Raad van Bestuur is in zijn geheel verantwoordelijk voor de economische, ecologische en sociale impact van Alliander. De Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen consulteren met regelmaat vertegenwoordigers van de stakeholders. Door aanwezigheid of vertegenwoordiging in regulier en ad-hoc overleg wordt actief kennisgenomen van ontwikkelingen en standpunten over strategische thema's. Zie het hoofdstuk Interactie met stakeholders voor de verschillende maatschappelijke onderwerpen die zijn besproken.
Het MVO Directeurenoverleg zorgt voor de strategische afstemming. Zij houden vinger aan de pols op de maatschappelijke doelen, adviseren op de ambitiepaden en zorgen voor goede verdeling van de verantwoordelijkheden tussen de afdelingen. Het MVO Directeurenoverleg is voorbereid in ’23 (Directeurenoverleg Brede Welvaart) en gaat in ’24 van start.
Met MVO-PO (Product Owners-overleg) zorgt voor operationele afstemming tussen alle niveaus. De integraliteit van MVO is van dien aard dat deze afstemming in belang toeneemt. Nieuwe richtlijnen van uit (inter)nationale overheden raken al snel meerdere afdelingen. Het MVO-PO overleg is strategisch adviserend naar de directie. Het MVO-PO overleg is voorbereid en getest in 2023 en gaat eveneens in 2024 van start.
Het MVO Team van Alliander (4 fte) voert regie over het maatschappelijke verantwoord ondernemen van Alliander. Zij zijn de schakel tussen de ontwikkelingen binnen en buiten Alliander. Zij is verantwoordelijk voor beleidsvernieuwing, de bewaking van ambities en vertegenwoordigen Alliander in externe coalities en expertgroepen.
Voor de externe afstemming op maatschappelijke ontwikkelingen en alle bijbehorende moreel-ethische dilemma’s zijn diverse overlegplatforms gecreëerd:
Het Stakeholderpanel, met vertegenwoordigers uit al onze stakeholdergroepen, reflecteert jaarlijks met leden van de Raad van Bestuur op afgelopen ontwikkelingen, onze uitdagingen en de opbouw van het jaarverslag. Zie ook: Opinie van het stakeholderpanel.
De Raad van de Toekomst bestaat uit jonge professionals uit de eigen organisatie en zijn adviserend richting de Raad van Bestuur op strategische thema’s, bezien vanuit het belang van de jongste generatie. Zie ook: Een aantrekkelijke, inclusieve werkgever met gelijke kansen voor iedereen.
De ‘ethical board’ reflecteert op ethisch-morele afwegingen die wij moeten maken, met name IT-gerelateerd. De komst van AI maakt deze competentie van groot belang. De ‘ethical board’ is voorbereid in 2023 en gaat van start in 2024.
Tot slot kent onze MVO Governance twee platforms waar we alle vormen van maatschappelijk acteren de vrije ruimte geven. Dit vanuit maatschappelijke noodzaak (vrijwilligerswerk) en anderzijds vanuit het boeien en binden van onze collega’s:
De Stichting Alliander Foundation, wat vrijwilligerswerk ondersteunt door Alliander medewerkers al dan niet via de vrij beschikbare uren die iedereen wordt aangeboden. Zie ook: Een aantrekkelijke, inclusieve werkgever met gelijke kansen voor iedereen.
De MVO Community, een vrije inloop voor Alliander collega’s om te spreken over relevante maatschappelijke ontwikkelingen. De MVO Community wordt in 2024 voor het eerst georganiseerd.
Externe assurance maatschappelijk deel jaarverslag
Alliander vindt het voor haar stakeholders van belang om assurance te verkrijgen bij het maatschappelijk deel van het jaarverslag. Voor het jaarverslag 2023 heeft Alliander een goedkeurend assurance-rapport met een redelijke mate van zekerheid verkregen voor het meest relevante deel van het jaarverslag, namelijk de belangrijkste stuurvariabelen van het bedrijf (financieel én niet financieel).
Daarnaast heeft Alliander redelijke mate van zekerheid verkregen bij de meeste materiële thema's voor de verslaggeving (Materialiteitstoets). Ook heeft Alliander een goedkeurend assurance-rapport met beperkte mate van zekerheid verkregen bij de rest van het maatschappelijk deel van het jaarverslag. Ter waarborging van de kwaliteit van de maatschappelijke informatie hanteert Alliander het 'three-lines-model'. Vanuit onder meer de stakeholderdialoog, materialiteitstoets en GRI vindt een uitvraag plaats bij de organisatieonderdelen voor de aanlevering van maatschappelijke informatie. De organisatieonderdelen vormen de eerste verdedigingslinie en zijn verantwoordelijk voor het aanleveren van betrouwbare informatie. De business controller van het desbetreffende organisatieonderdeel, als tweede verdedigingslinie, bewaakt de tijdige en betrouwbare aanlevering door de organisatieonderdelen. De business controller toetst onder meer de onderbouwing en analyses aangeleverd door de bedrijfsonderdelen en bouwt een dossier op voor de verificatie door de interne accountantsdienst. De interne accountantsdienst vormt de derde verdedigingslinie en verifieert de maatschappelijke informatie alvorens deze door de externe accountant wordt beoordeeld. De externe accountant vormt het sluitstuk van het verificatieproces en verstrekt uiteindelijk zekerheid, zoals verwoord in haar verklaring.
Aanvullende data
Omschrijving |
31-12-2023 |
31-12-2022 |
Publicatiedatum jaarverslag |
4-3-2024 |
6-3-2023 |
Klant |
||
Frequentie stroomonderbreking (Saifi) |
0,327 |
0,351 |
Stroomonderbrekingsduur Saidi (minuten) |
23,2 |
21,3 |
Caidi (minuten) |
70,9 |
60,6 |
Efficiency van transport en distributie: totaal netverlies als % van de totale invoeding |
4,85% |
4,96% |
Totale lengte van gehuurde glasvezelinfrastructuur (km) |
2.563 |
4.962 |
Totale lengte van eigen glasvezelinfrastructuur (km) |
4.653 |
4.275 |
Nieuw gerealiseerde glasvezelinfrastructuur (km) |
287 |
146 |
Aantal afgesloten panden |
5.895 |
5.791 |
Medewerker |
||
Eigen en ingehuurde medewerkers (aantal) |
8.825 |
7.675 |
Mannelijke eigen medewerkers (aantal) |
5.525 |
5.112 |
Vrouwelijke eigen medewerkers (aantal) |
1.493 |
1.306 |
Eigen medewerkers (fte) |
6.793 |
6.214 |
Ingehuurde medewerkers (fte) |
1.644 |
1.155 |
Eigen medewerkers in leeftijdscategorie < 25 jaar (aantal) |
176 |
136 |
Eigen medewerkers in leeftijdscategorie 25 - 35 jaar (aantal) |
1.676 |
1.420 |
Eigen medewerkers in leeftijdscategorie 35 - 45 jaar (aantal) |
2.038 |
1.901 |
Eigen medewerkers in leeftijdscategorie 45 - 55 jaar (aantal) |
1.554 |
1.411 |
Eigen medewerkers in leeftijdscategorie >= 55 jaar (aantal) |
1.581 |
1.551 |
Instroom mannelijke medewerkers (aantal) |
846 |
706 |
Instroom vrouwelijke medewerkers (aantal) |
313 |
242 |
Uitstroom mannelijke medewerkers (aantal) |
404 |
435 |
Uitstroom vrouwelijke medewerkers (aantal) |
96 |
121 |
Eigen medewerkers met arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (aantal) |
6.051 |
5.566 |
Aandeel mannen van eigen medewerkers met arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd |
80% |
80% |
Aandeel vrouwen van eigen medewerkers met arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd |
20% |
20% |
Medewerkers met arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (aantal) |
970 |
853 |
Aandeel mannen van eigen medewerkers met arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
74% |
77% |
Aandeel vrouwen van eigen medewerkers met arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
26% |
23% |
Medewerkers met fulltime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract (aantal) |
6.553 |
5.995 |
Medewerkers met parttime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract (aantal) |
2.266 |
1.680 |
Aandeel mannen met fulltime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract |
81% |
85% |
Aandeel mannen met parttime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract |
19% |
15% |
Aandeel vrouwen met fulltime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract |
49% |
49% |
Aandeel vrouwen met parttime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract |
51% |
51% |
Medewerkers met inhuurcontract (aantal) |
1.808 |
1.256 |
Aandeel mannen van medewerkers met inhuurcontract |
80% |
81% |
Aandeel vrouwen van medewerkers met inhuurcontract |
19% |
16% |
Aandeel geslacht niet geregistreerd van medewerkers met inhuurcontract |
1% |
3% |
Aandeel eigen medewerkers dat in aanmerking komt voor pensioenregeling binnen 5 jaar |
23% |
24% |
Aandeel eigen medewerkers dat in aanmerking komt voor pensioenregeling binnen 10 jaar |
33% |
35% |
Verzuim onder eigen medewerkers |
4,4% |
4,8% |
Verzuim mannen onder eigen medewerkers |
4,2% |
4,4% |
Verzuim vrouwen onder eigen medewerkers |
5,5% |
6,4% |
Medewerkers met afstand tot de arbeidsmarkt (aantal) |
125 |
90 |
Medewerkers met afstand tot de arbeidsmarkt (fte) |
100,4 |
73 |
Medewerkers in leidinggevende posities (aantal) |
502 |
472 |
Aandeel vrouwelijke medewerkers in leidinggevende positie |
30,5% |
28,3% |
Salaris van vrouwelijke medewerkers als percentage van het salaris van mannelijke medewerkers |
102,1% |
100,6% |
Aandeel eigen medewerkers betrokken bij en onderhevig aan collectieve regelingen arbeidsovereenkomsten |
99,94% |
99,93% |
Ongevallen met dodelijke afloop tot gevolg (inclusief aannemers en derden) |
0 |
0 |
Aantal gevallen van gemelde klachten over arbeidsomstandigheden via het formele klachtenmechanisme |
42 |
72 |
Aandeel van het medewerkersbestand dat is vertegenwoordigd in formele arbo-commissies van werkgever en werknemer |
99,9% |
99,9% |
Aantal gemelde gevallen van ongewenste omgangsvormen (en discriminatie) door medewerkers |
83 |
57 |
Aantal medewerkers die dit jaar veiligheidsopleiding hebben gevolgd (opleiding en examen met goed gevolg afgelegd) |
1.941 |
2.001 |
Aantal contractanten die dit jaar veiligheidsopleiding hebben gevolgd (opleiding en examen met goed gevolg afgelegd) |
275 |
272 |
Milieu |
||
Totale monetaire waarde van opgelegde geldboetes wegens niet (goed) naleven van mileu wet- en regelgeving |
€ 0 |
€ 0 |
Aantal bij bevoegd gezag gemelde milieu incidenten |
11 |
8 |
Aantal opgelegde niet-financiële sancties wegens niet (goed) naleven van milieu wet- en regelgeving |
18 |
12 |
Waterverbruik (m3) |
14.984 |
11.390 |
Kantoorafval: papier (ton) |
631 |
530 |
Kantoorafval: datazeker papier (ton) |
25 |
43 |
Kantoorafval: divers (ton) |
177 |
217 |
Kantoorafval: gevaarlijk (ton) |
0,02 |
1,69 |
Bedrijfsafval: metaal (ton) |
8.089 |
7.742 |
Bedrijfsafval: hout (ton) |
231 |
239 |
Bedrijfsafval: kunststof (ton) |
752 |
712 |
Bedrijfsafval: grond (ton) |
2.035 |
1.723 |
Bedrijfsafval: divers (ton) |
4.971 |
4.727 |
Gevaarlijk afval (ton) |
784 |
583 |
Afval: totaal jaar gewicht (ton) |
17.127 |
16.517 |
Bestuur en Maatschappij |
||
Significante financiële steun van overheden (lager belastingtarief, subsidies, krediet, investeringspremies) |
€ 1.435.779 |
€ 2.069.261 |
Ongevallen en gezondheidsklachten van burgers in relatie tot bedrijfsmiddelen/juridische procedures gezondheid en veiligheid van klanten en/of derden |
0 |
0 |
Monetaire waarde van significante boetes wegens het niet-naleven van wet- en regelgeving betreffende de levering en het gebruik van producten en diensten |
€ 0 |
€ 0 |
Lopende rechtszaken tegen de organisatie door derden waarin corruptie/fraude (onderdeel van) de aanklacht vormt (aantal) |
0 |
0 |
Bedrijven waarmee relatie is verbroken vanwege corruptie/fraude (aantal) |
0 |
0 |
Medewerkers geconfronteerd met maatregelen vanwege corruptie/fraude (aantal) |
15 |
12 |
ISO 9001 Certificaat |
||
ISO 14001 Certificaat |
||
Eisen aan een veiligheids-, kwaliteits- en capaciteitsmanagementsysteem voor het elektriciteits- en gasnetbeheer |
||
VGM Checklist |
||
CO2 prestatieladder |
||
ISO 55001 Assetmanagement |
- 1In 2023 is onder Euralcode 20.01.01 slechts het papierafval uit kantooromgeving verantwoord, waardoor het tonnage significant lager is dan 2022.